SPF JAARBERICHT 2022 INHOUD

Duurzaamheidsbeleid van SPF

Duurzaamheid is voor SPF een belangrijk onderdeel van de beleggingsfilosofie en een integraal onderdeel van de beleggingsbeginselen. Het Duurzaamheidsbeleid is voor SPF een manier om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van de wereld, waarbij het fonds overtuigd is dat tegelijkertijd het risico- en rendementsprofiel van de portefeuille niet onder druk hoeft te staan. Het volledige duurzaamheidsverslag (PDF) is ook opgenomen in het SPF jaarverslag 2022.

 

In 2022 gaf het bestuur verder invulling aan het duurzaamheidsbeleid van het fonds. Zo startte SPF met het meten van de CO2-voetafdruk van een gedeelte van de beleggingsportefeuille (assetcategorieën aandelen, investment grade credits en US high yield). Ook besloot het fonds om in het kader van Europese duurzaamheidswetgeving (SFDR) vanaf het tweede kwartaal van 2024 te gaan rapporteren over een set van twintig verschillende duurzaamheidsindicatoren.

SPF voerde in 2022 een onderzoek uit onder zijn deelnemers naar hun wensen en voorkeuren op het gebied van maatschappelijk verantwoord beleggen. Ruim vijfhonderd deelnemers vulden de vragenlijst in. De voorkeuren van deelnemers komen overeen met het beleid van het fonds. Daarnaast vragen deelnemers om meer communicatie over duurzaamheid. Het bestuur is positief over de onderzoeksrespons. Met de input van de deelnemers gaat ze in 2023 het beleid verder aanscherpen.


In het duurzaamheidsbeleid van SPF staan de volgende 6 pijlers centraal:

  • Thematische aandachtsgebieden

    SPF onderschrijft de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen en de “UN Guiding Principles on Business and Human Rights”. Het fonds focust op specifieke maatschappelijke ontwikkelingen die voor de deelnemers belangrijk zijn én die risicovol zijn voor de beleggingsportefeuille. Tegen deze achtergrond zet SPF in het bijzonder in op het duurzaamheidsthema klimaatverandering.

  • ESG-integratie

    SPF benut waar mogelijk ESG-factoren in het beheer en voor de beoordeling van de beleggingen. ESG staat voor Environmental (omgeving/milieu), Social (sociaal) en Governance (ondernemingsbestuur). Het fonds integreert ESG-aspecten in de verschillende beleggingscategorieën waarin SPF belegt en neemt ze mee bij investeringsbeslissingen. 

  • Engagement

    SPF heeft een actief engagementprogramma. Het fonds wil bedrijven aansporen stappen te zetten op het gebied van maatschappelijke (duurzaamheids-)vraagstukken. Dit gebeurt op twee manieren: proactief en reactief. 

    Doelstelling bij proactief ‘engagen’ is om meerdere bedrijven tegelijk, veelal sectorbreed, aan te sporen tot verdere verbetering. Reactief engagement richt zich op beïnvloeding van één bedrijf.

    SPF besteedde het voeren van engagement uit aan Columbia Threadneedle Investments (CTI). CTI treedt namens meerdere institutionele beleggers op als engagementpartij. Het engagementprogramma van SPF richt zich op holdings in (vastgoed)aandelen en holdings in de bedrijfsobligatieportefeuilles investment grades en high yields.

    In 2022 sprak CTI 442 ondernemingen uit de SPF-portefeuille in 39 landen aan. Dat leidde 164 keer tot een positieve verandering (behaalde ’milestones’). CTI behaalde deze mijlpalen onder andere op de onderwerpen klimaatverandering, arbeidsomstandigheden, ondernemingsbestuur en gezondheid.

  • Stembeleid en Corporate Governance

    SPF houdt met een specifieke stemaanpak toezicht op materiële aangelegenheden van alle beursgenoteerde (vastgoed)ondernemingen waarin het fonds belegt. Materiële aangelegenheden zijn aangelegenheden die naar alle waarschijnlijkheid een aanzienlijk effect hebben op het vermogen van de onderneming om langetermijnwaarde te creëren. Het beleid van SPF voor goed bestuur richt zich op het beschermen van de belangen als aandeelhouder en invulling te geven aan de verantwoordelijkheid als aandeelhouder. Net als het engagementbeleid voert CTI het stembeleid van SPF uit. 

    In totaal stemde SPF gedurende 2022 op 1257 vergaderingen. Daarbij stemde ze in totaal 52 keer over klimaatgerelateerde voorstellen, waarvan 8 keer over voorstellen rondom de transitie als gevolg van klimaatverandering.

  • Uitsluitingen

    SPF belegt niet in ondernemingen die op basis van de tien principes van het Verenigde Naties Global Compact onacceptabel gedrag vertonen. Het fonds sluit ook producenten uit van controversiële wapens, zoals nucleaire, biologische en chemische wapens, verarmd uraniummunitie en witte fosformunitie. Daarnaast sluit SPF ondernemingen en landen uit die activiteiten verrichten die de Verenigde Naties, de Europese Unie of de Nederlandse overheid onaanvaardbaar vinden. Hierbij gaat het voornamelijk om vraagstukken over mensenrechten en wapens. Om bedrijven en landen voor uitsluiting op het spoor te komen, onderzoekt Sustainalytics voor het fonds in welke bedrijven en landen het fonds niet moet beleggen. Sustainalytics screent voor SPF zowel ontwikkelde als opkomende markten op de genoemde criteria.

    SPF sloot per eind 2022 in totaal 106 bedrijven en veertien landen uit van het beleggingsuniversum. Ter vergelijking: per eind 2021 sloot het fonds in totaal 101 bedrijven en dertien landen uit van het beleggingsuniversum.

  • Transparantie

    Om transparant te zijn over het duurzaamheidsbeleid en de uitvoering daarvan publiceert SPF hierover jaarlijks in het jaarverslag. Hierin geeft SPF aan hoe het fonds in het desbetreffende jaar omging met duurzaamheid en welke resultaten het fonds bereikte op dit gebied. Op de website publiceert SPF jaarlijks een overzicht van de totale beleggingsportefeuille de uitkomsten van het stemgedrag op aandeelhoudersvergaderingen en het engagementbeleid. Ook het duurzaamheidsbeleid van SPF is daar te vinden. Tot slot staan er regelmatig items in de SPF Nieuwsbrief en op de website over het duurzaamheidsbeleid.

    In 2018 ondertekende SPF het Convenant voor Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Beleggen (IMVB-convenant). Daarmee committeerde SPF zich om de OESO-richtlijnen en UN Guiding Principles in te bedden in het beleid van het fonds, de uitbesteding aan externe dienstverleners en de monitoring en rapportage daarover.